Camille werd op 30 mei 1921 geboren in Ermsdorf en zat op het gymnasium van Diekirch toen het neutrale Luxemburg op 10 mei 1940 werd bezet door de Duitse Wehrmacht. Samen met andere studenten richtte hij al in 1941 verzetsgroepen op.
Camile weigerde lid te worden van de 'Hitlerjugend', hij werd van het gymnasium gestuurd en vestigde zich in het onbezette Frankrijk. Bij zijn terugkeer naar Luxemburg werd hij gearresteerd en door een 'speciale rechtbank' veroordeeld tot een gevangenisstraf, die door een amnestie werd opgeheven.
In september 1943 verzette hij zich tegen het bevel om ingelijfd te worden bij de Wehrmacht (het Duitse leger). In het verzet bleef hij optreden als smokkelaar voor vele voortvluchtigen en bij het verkrijgen van geheime informatie over de Duitse V1-bom (wraakwapen) voor de Britse geheime dienst.
Camile had in de nacht van 18 mei 1944 twee geallieerde bemanningsleden van een neergestorte bommenwerper verborgen in het huis van zijn ouders. Met de hulp van een collaborateur omsingelde de Gestapo de binnenplaats van het huis vroeg de volgende dag. Onder zwaar afleidingsgebulder drong de Gestapo het huis binnen en verraste de voortvluchtigen die zich binnen verborgen hielden.
Uit zelfverdediging wist Camille een van de Gestapo's neer te schieten met zijn pistool. Nadat de gewonde Gestapo man uit de kamer was getrokken, greep een andere Gestapo de vader van Camille. De bedoeling was om hem als schild te gebruiken. Op hetzelfde moment schoot de Gestapo op Camille, die dodelijk gewond op de grond viel.
Terwijl de meedogenloze Gestapo nu om versterking riep, konden zes familieleden met de twee voortvluchtigen ongemerkt ontsnappen naar een geheime schuilplaats in het huis. Hier moesten ze urenlang in uiterste angst doorbrengen, onder dwang luisterend naar elk woord. Na de vruchteloze zoektocht en plunderingen verliet de Gestapo uiteindelijk het huis. Pas de volgende dag werden de onderduikers bevrijd door andere verzetsstrijders en verborgen bij patriottische families tot aan de bevrijding.
Na de oorlog werd het lichaam van Camille Suter met militaire eer begraven in Ermsdorf in juni 1945. Postuum werd Camille onderscheiden met het 'Croix de l'ordre de la Résistence' voor zijn voorbeeldige moed en zijn oprechte trouw aan zijn idealen en vaderland, waardoor hij tot op de dag van vandaag in waardige herinnering blijft.