Maurice Pertschuk kwam uit een Russisch-Joodse familie. Hij had de Britse nationaliteit maar werd geboren in Frankrijk, waar zijn familie lange tijd woonde. Toen hij nog geen twintig jaar oud was, meldde hij zich bij het begin van de oorlog vrijwillig aan voor het Britse leger. Omdat Maurice accentloos Frans sprak, wierf de geheime dienst hem aan voor een nieuwe speciale eenheid, de Special Operations Executive (SOE). SOE-agenten opereerden achter de vijandelijke linies en organiseerden lokaal verzet tegen de Duitse bezetter. Na enkele maanden training in Engeland kwam hij in april 1942 per boot aan in Zuid-Frankrijk. In de omgeving van Toulouse probeerde hij een nieuw verzetsnetwerk op te zetten. De jonge agent ging succesvol te werk: binnen korte tijd rekruteerde Maurice een groot aantal Franse mannen en vrouwen in fabrieken en openbare instellingen. De groep onder zijn leiding verspreidde pamfletten, voerde sabotageacties uit en organiseerde wapenleveranties vanuit Engeland. In april 1943 werd Maurice samen met andere leden van zijn verzetsgroep gearresteerd. Een informant had hem verraden aan de Duitsers.
De Gestapo zette hem eerst enkele maanden gevangen in de gevangenis van Fresnes bij Parijs. In januari 1944 werd hij via het politiekamp Compiègne gedeporteerd naar het concentratiekamp Buchenwald. Zijn echte identiteit en functie waren toen nog niet duidelijk voor de Gestapo. De SS in Buchenwald registreerde hem als een Engelse student met de naam Martin Perkins, een schuilnaam die Maurice gebruikte. Zijn medegevangenen beschreven hem later als een rustige, zeer beleefde en kameraadschappelijke jongeman. Hij werkte in het depot van het kamp en schreef gedichten. Pas kort voor de bevrijding slaagden de Duitse autoriteiten erin hem als agent te ontmaskeren. Dit betekende zijn doodvonnis. Op 29 maart 1945 werd Maurice op 23-jarige leeftijd vermoord door de SS. Een van de laatste aantekeningen in zijn personeelsdossier van de Britse geheime dienst luidt: "Een officier die zich altijd heeft onderscheiden en bijzonder hard heeft gewerkt. Het is tragisch dat hij dagen voor de bevrijding werd geëxecuteerd nadat hij zo lang had overleefd. Hoe meer we horen over zijn werk in Toulouse en zijn voorbeeldige gedrag in het kamp, hoe meer we zijn nagedachtenis eren. Een man om trots op te zijn." Een jaar na het einde van de oorlog werden de gedichten die hij in Buchenwald schreef voor het eerst gepubliceerd onder de titel Leaves of Buchenwald (De bladeren van Buchenwald).